Lob van Gennep: wat zijn de feiten? Deel 3
Er wordt druk gesproken en geschreven over het project Lob van Gennep. Soms zitten er ook berichten tussen die niet helemaal waar zijn. En dat maakt het lastig voor mensen om een beeld over het project te vormen. Hieronder heeft het projectteam daarom een aantal feiten op een rij gezet.
Een overzicht van de feiten vind je hier. Deze pagina vullen we wekelijks aan.
De minister heft status rivierbed Lob van Gennep op
Tijdens een bestuurlijk overleg met de regio heeft minister Van Nieuwenhuizen (Infrastructuur en Waterstaat) besloten om de status rivierbed achter dijken in de Limburgse Maasvallei te laten vervallen. Zodra de dijk versterkt wordt, wordt de status rivierbed opgeheven. Het gaat om 46 dijktrajecten, waaronder de Lob van Gennep. De binnendijkse gebieden achter de dijken in de Limburgse Maasvallei hadden tot nu als enige in Nederland de rivierbed status. Dit was vastgelegd in de Beleidslijn Grote Rivieren.
Tegemoetkoming schadevergoeding na overstroming wordt voor iedereen gelijk
Door de status rivierbed op te heffen, wordt het recht op tegemoetkoming van schadevergoeding na een overstroming voor iedereen gelijk. Op dit moment hebben inwoners die gebouwd of verbouwd hebben na april 1996 geen recht op tegemoetkoming bij schade. Deze situatie zorgde voor grote onzekerheid en onrust bij bewoners, agrariërs en bedrijven. Met het besluit maakt de minister een einde aan de ongelijkheid en onrust hierover.
Het gebied zit niet langer op slot - geen vergunning meer nodig voor bouw of uitbreiding
De status rivierbed op een gebied betekent dat bewoners en ondernemers van buiten de dorpskernen niet zonder vergunning van het Rijk kunnen bouwen of uitbreiden. Door het opheffen van de status rivierbed wordt ruimte voor ontwikkelingen gecreëerd. Dit is gunstig voor de gemoedsrust en voor de leefbaarheid, economische ontwikkelingen en de werkgelegenheid in de gebieden. Voor de Lob van Gennep wordt overgestapt van een individuele vergunningplicht naar een langjarige gebiedsontwikkelruimte. Voor 1 januari 2021 geven Rijk en regio gezamenlijk richting aan de kaders en het (wettelijk) instrumentarium voor deze gebiedsontwikkelruimte.